Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


spijkerstraat_185a

Spijkerstraat 185A

In dit pand was van 1869 tot 1946 de lommerd gevestigd. Op de gevel is nog te lezen “Bank Van Leening”.
Momenteel is in het gebouw het buurtcentrum gevestigd.

Wat is er te zien?

Sheddak

Het dak van het pand is een sheddakplugin-autotooltip__plain plugin-autotooltip_bigEen sheddak, zaagdak of zaagtanddak is een dakvorm in de vorm van zaagtanden, en die bestaat uit een reeks evenwijdige zadeldaken met ongelijke schilden. De nokken zijn oost-westgericht; de schilden noord- en zuidwaarts. Het op het noorden gerichte schild bestaat uit glas en is veel steiler dan het op het zuiden gerichte schild. Het gevolg van deze constructie is dat de gehele hal gelijkmatig verlicht wordt en zonlicht niet rechtstreeks tot de hal doordringt.\\ Het sheddak werd vooral bij uitgestrekte fabriekshallen toegepast. Voorbeelden in Arnhem van panden met een sheddak zijn Eiland 6 (de Nieuwe Arnhemse Courant) en Spijkerstraat 185A (de Lommerd)., ook wel zaagdak of zaagtanddak.

Troggewelf

Binnen zijn de fraaie troggewelven bewaard gebleven.

Museumwoning

Het woongedeelte is een museumwoning en kan op daarvoor aangewezen tijdstippen bezocht worden.
Op zolder zijn nog sporen te vinden van de huisvestingsverplichtingen als gevolg van de Tweede Wereldoorlog. Later was het een doorgangshuis tot in 1952 ‘tante Eef’ Cornelissen er kwam wonen. Haar man verdiende zijn brood in het leeratelier waar hij schoenen en tassen repareerde. Sinds zijn dood in 1976 is er weinig aan de woning veranderd. ‘Tante Eef’ heeft er ruim 60 jaar gewoond en al haar oorspronkelijke meubels, snuisterijen, kleding, gehaakte kleedjes, schilderijtjes, enzovoorts, staan, liggen en hangen op hun oude vertrouwde plaats.

Wat is het weten waard?

de Lommerd

Dit pand is door de gemeente gebouwd voor de Bank van Leening, ook wel de Lommerd.
De Bank van Leening was in 1835 door de gemeente opgericht en was aanvankelijk gevestigd in de Jansstraat, daarna in de Beekstraat en sinds 1869 dus in dit pand.
Goederen werden aan de bank in pand gegeven in ruil voor geld. Als het geleende geld (met rente) werd terugbetaald kreeg men de goederen weer terug. Als bewijs diende het lommerdbriefje waarop het voorwerp en het geldbedrag werden vermeld.
Het gebouw had veel ruimte voor de berging van de in onderpand gegeven goederen, vooral kleding, en ook kluizen voor het goud en zilver dat beleend was. Naast het magazijn en het kantoor vond ook de directeurswoning een plek binnen het pand.

Herkomst van de naam "de Lommerd"

De naam “de Lommerd” is afkomstig van de Lombarden, de bewoners van Lombardije, waar het bankieren al vroeg gewone praktijk was.
De Lombarden speelden in de Middeleeuwen een belangrijke rol in de ontwikkeling van het bankwezen. Toen de handel tussen de steden in de Nederlanden en de Italiaanse steden vanaf de 12e eeuw goed op gang kwam, verspreidden de Noord-Italiaanse geldwisselaars zich over West-Europa. Ze reisden mee met de handelaars en zakenlieden die van jaarmarkt naar jaarmarkt trokken en traden op als kredietverleners.

Hun kraam, een tafel met weegschaal en zakken met munten, staat ook aan de basis van onze benaming “bank”: het Italiaanse woord voor tafel is “banco” of “banca”.

De straat die om de Lommerd heen loopt, heet de Lombardstraat.

Verliefd op Arnhem

Deze aflevering van Verliefd op Arnhem gaat over dit gebouw:
Een kluis vol goud en zilver

spijkerstraat_185a.txt · Laatst gewijzigd: 2023/10/30 09:08 (Externe bewerking)