Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


rijn

De Rijn

De Rijn komt bij Spijk ons land binnen. Hij is daar nog een ongedeelde rivier maar splitst zich daarna op verschillende plaatsen in verschillende takken.

Rijnsplitsingen

Bij Pannerden deelt de Rijn zich in twee takken:
• de Waal, de grootste tak die ruwweg twee derde van de afvoer neemt
• het Pannerdens kanaal, dat een derde van de afvoer krijgt.

Het Pannerdens kanaal is een in 1707 gegraven verkorting van de rivier tussen Pannerden en het gemaal Candia bij Westervoort, de uitmonding van de Oude Rijn. Tussen Lobith en Candia bevindt zich het gebied van de Rijnstrangen, de loop van de rivier vóór 1707.
Voorbij Candia heet de rivier weer Rijn of Nederrijn.

Bij de IJsselkop op de grens van Westervoort, Lingewaard (Huissen) en Arnhem splitst de Rijn zich in:
• Rijn
• IJssel.
De gemeentegrenzen liggen bij deze splitsing midden in de rivier.

Waterverdeling

Van oudsher was de verdeling van het water (ongeveer):
• Waal 67%
• Rijn 22%
• IJssel 11%.
Omdat in de zomer de waterstanden in de Rijn en de IJssel erg laag waren, is de Rijn gekanaliseerd. Drie stuwen zorgen er sinds 1970 voor dat de waterstanden in de Rijn en de IJssel hoger zijn en dat er minder water door de Rijn en meer water door de IJssel vloeit. Dat laatste is nodig voor de vulling van het IJsselmeer in de zomer. Door de stuwen is de waterverdeling sterk gewijzigd. Als ze gesloten zijn, gaat er tweemaal zoveel door de IJssel als vroeger en net zoveel minder door de Rijn. Bij hoogwater worden de stuwen geopend en dan is weer de oorspronkelijke verdeling geldig.

Waterafvoer

De gemiddelde afvoer van de Rijn bij Lobith bedraagt 2220 m3 per seconde.
De maximaal gemeten afvoer was 12.300 m3 per seconde in 1926. In 1995 was de maximale afvoer iets lager. Toen werden uit veiligheidsoverwegingen 200.000 mensen geëvacueerd in het gebied tussen Rijn en Waal.
De laagste bij Lobith gemeten afvoer was 575 m3 per seconde in 1929.
Het verschil tussen laagste en hoogste afvoer is dus een factor 20.

Tussen 2005 en 2020 is het programma Ruimte voor de Rivier uitgevoerd en is de Rijn geschikt gemaakt voor een maatgevende afvoerplugin-autotooltip__plain plugin-autotooltip_big Maatgevende afvoer is de afvoer die door de ontwerpers gebruikt wordt om constructies veilig te ontwerpen. van 16.000 m3 per seconde.

Waterstanden bij Arnhem

De gemiddelde waterstand bij de Sabelspoort ligt op 8,23 meter boven NAP.
De rivierbodem ligt ruim vier meter lager.
De lage kade ligt ongeveer 2,5 meter boven de gemiddelde waterstand.
De hoge kade ligt daar nog weer drie meter boven.

De hoogste waterstand, in 1926, was 13,48 meter boven NAP. Dat was 30 centimeter onder het peil van de Rijnkade. Zonder Rijnkade zou in 1926 (en in 1995) de Markt bijna een meter onder water hebben gestaan.
De laagst bekende waterstand was in 1947 met 5,84 meter boven NAP. Door de Rijnkanalisatie zal zo’n lage stand (bijna vijf meter onder de lage kade!) nu niet meer voorkomen.

Inmiddels is een muurtje van 50 centimeter op de Rijnkade gezet dat ervoor zorgt dat de kade niet overstroomt bij nog hogere waterstanden. Op dit moment (2024) wordt de Rijnkade weer verder versterkt door het Waterschap Rijn-IJssel.

Aan de zuidelijke oever ligt de kruin van de dijk hoger, voldoende voor de maatgevende afvoer van 16.000 m3 per seconde bij Lobith.

De loop van de rivier vroeger, de verlegging door Karel van Gelre

In vroeger tijden heeft de rivier zowel noordelijker als zuidelijker gestroomd.
Noordelijker zijn langs de Oeverstraat rivierafzettingen gevonden uit de veertiende eeuw.
Zuidelijker zijn de takken duidelijker herkenbaar:
• de Malburgse Wetering direct naast de Huissensedijk
• de Zeeg, midden door de Malburgse polder.

De loop van de rivier zoals wij die nu kennen is te danken aan Karel van Gelre, die de rivier liet vergraven zodat die langs de stad liep (1530-1535). De reden was dat Karel zo gemakkelijker tol kon heffen. Het heeft Arnhem in ieder geval de nodige handel gebracht.

De naam Weerdjes duidt erop dat er tussen de rivier en de oude stadsmuur uiterwaardenplugin-autotooltip__plain plugin-autotooltip_big Uiterwaarden is het gebied tussen de dijk en het zomerbed van de rivier. Het winterbed is van dijk tot dijk. lagen.

Oude haven

Bij de Oude Kraan lag tot het einde van de Tweede Wereldoorlog de haven van Arnhem.
In 1437 werd Arnhem lid van de Duitse Hanze en waren hier dus handelsactiviteiten. Maar een echte handelsstad werd Arnhem niet.
De haven werd ook gebruikt om ’s winters met ijsgang de schipbrug op te bergen.

Na de Tweede Wereldoorlog werd de haven gedempt met het oorlogspuin.

Nieuwe Haven

In 1907 is bij Malburgen een bochtafsnijding gemaakt. Op de plaats waar de rivier voor 1907 liep, is tussen 1928 en 1933 de Nieuwe Haven, toen Malburgse Haven genoemd, gebouwd.

Voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de Nieuwe Haven uitgebreid, omdat de AKU zich vestigde op de Kleefse Waard.

Dijkdoorbraken

Ook bij Arnhem zijn de dijken herhaaldelijk doorgebroken. Vaak was dat een gevolg van ijs, waardoor de waterspiegels verhoogd werden.
Aan de noordkant gebeurde dat bij de Westervoortsedijk in 1855, waardoor het Arnhemse Broek onderliep en het water over de Eusebiusbuitensingel in de Lauwersgracht stroomde.
Aan de zuidkant zijn verschillende kolken te vinden die een gevolg zijn van dijkdoorbraken. Dat zijn, van oost naar west:
• Grote Holthuizerkolk langs de Huissensedijk, doorbraak in 1651
• Kleine Holthuizerkolk, doorbraak in 1433
• Het Zwaantje bij Elden, dubbele doorbraak in 1711
• Kolk van Westerveld na een doorbraak van de Drielsedijk in 1740/41
• Kolk van Schouten, doorbraak in 1820.
Geen kolk maar wel een doorbraak was er in 1944, toen de Duitsers de Drielsedijk bij de spoorbrug opbliezen.

Malburgsedijk

Tot in 1935 de Rijnbrug gereed kwam, werd de Betuwe beschermd door de Huissensedijk en voorbij Elden door de Drielsedijk. De Malburgse polder (tussen de rivier en de Huissensedijk ) werd beschermd door de Malburgsedam, een zomerdijkplugin-autotooltip__plain plugin-autotooltip_big Een zomerdijk beschermt de uiterwaarden in de zomer, zodat het vee daar kan grazen. . Deze polder stroomde bij hoge waterstanden onder.
Om in Arnhem-Zuid een woonwijk te kunnen bouwen was een verlegging van de waterkerende dijk dichter naar de rivier nodig. Men heeft toen de Malburgsedam verhoogd tot waterkerende dijk; sindsdien heet die de Malburgse Bandijkplugin-autotooltip__plain plugin-autotooltip_big Een bandijk is een rivierdijk (een winterdijk) die hoge winterwaterstanden kan keren. Hij wordt zo genoemd omdat men zich vroeger voor het aanleggen moest wenden tot het algemeen rechtsgebied, de ban van de heer. .
Door deze operatie was het ook mogelijk om de rijksweg van Arnhem naar Nijmegen in de Malburgse polder op maaiveld aan te leggen.

Omdat de rivier hier weinig ruimte had, is, in 2000, bij de Bakenhof deze dijk naar binnen verlegd en is tegelijk een nevengeul gemaakt. In 2014 is - als onderdeel van Ruimte voor de Rivier - deze geul doorgetrokken onder de John Frostbrug en door Meinerswijk.

De Eldensedijk en de doorlaatbruggen

De Eldensedijk was geen waterkerende dijk. Hij staat dwars op de rivier en gaf toegang tot de schipbrug.
Omdat de Eldensedijk bij hoge rivierafvoeren de stroom te veel belemmerde, is in die dijk in 1935 een doorlaatbrug gebouwd. Die was gesloten in de zomer zodat het gebied daarachter (steenfabriek) droog bleef. In de winter moest de doorlaatbrug worden geopend om het water voldoende doorgang te geven.
Er is bij Meinerswijk nog een doorlaatbrug. Die is eveneens gebouwd om het gebied van de steenfabriek droog te houden in de zomer.

Zwembaden

Het eerste zwembad van Arnhem (1847) was een drijvend bad in de Rijn bij De Praets, eigendom van de gemeente Arnhem, maar op grondgebied van de gemeente Elst. Het kwam er dankzij de Arnhemse garnizoenscommandant, die het noodzakelijk vond dat zijn manschappen leerden zwemmen.
In 1906 kocht de gemeente een tweede drijvend bad. De twee baden werden naast elkaar afgemeerd aan de Nieuwe Kade bij de elektriciteitsfabriek. De naam Badhuisstraat herinnert daar nog aan.
In 1933 werd dit zwembad opgeheven. Het moest weg omdat de rivier genormaliseerd werd en het rivierbed vrij moest zijn van obstakels. Daarvoor in de plaats kwamen het het (openlucht-)zwembad Thialf en het Sportfondsenbad.

Na de Tweede Wereldoorlog is er nog een tiental jaren een Rijnbad geweest in Malburgen.

Ongelukken

In oktober 1944, tijdens de gedwongen evacuatie van Arnhem, staken bij De Praets inwoners van de zuidelijke oever de Rijn over. Drie helpers kwamen toen om het leven.
Op de plek van die oversteek staat het Exodusmonument (2010).

Een zeer tragisch ongeval was er op 6 augustus 1826. Het gebeurde tijdens de eerste vaart van de raderstoomsleepboot Willem I die tussen Rotterdam en Duisburg zou gaan varen. Mevrouw Brantsen, haar twee kinderen, twee bezoekers en twee kinderen van burgemeester Weerts werden met een roeiboot naar de radersleepboot gebracht, maar de roeiboot sloeg om. Mevrouw Brantsen verdronk samen met zes anderen.

Wat is verder het weten waard?

Ook de groene dijk bij het Jacob Groenewoudplantsoen is een dijk!

Literatuur/Websites

  • Ton Burgers, Watermonumenten. Beken, bruggen, dijken en gemalen in Arnhem (2010)
  • Tineke Seebach, De Arnhemse Rijnoevers. Wonen, werken en recreatie aan de rivier (2014)
  • Ton Burgers, Nederlands grote rivieren. Drie eeuwen strijd tegen overstromingen (2014).
rijn.txt · Laatst gewijzigd: 2024/05/03 17:47 door wim