Het Joods monument, op de Jonas Daniël Meijerplaats, gedenkt de ongeveer 1.500 Arnhemse Joden die tijdens de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) door de Duitsers werden vermoord.

Het monument bestaat uit een grote sokkel waarop een boekrol en een koffer. De boekrol is een Thora-rol als symbool van de Joodse traditie en bevat de tekst ‘Vergeet nimmer wat hen is aangedaan’. De koffer staat voor de ellendige reis van de weggevoerde Joden.
Op de sokkel staat te lezen

Het staat op de plek die vroeger het kloppende hart was van het Joodse leven, dicht bij de plek van de verdwenen Israëlitische school en dicht bij de synagoge en de straten rond ‘t Eiland in het centrum waar veel Joodse Arnhemmers woonden.

Het monument is ontworpen door Betty Jacobs, van wie de grootouders omkwamen in Sobibor.

Het werd onthuld op 17 november 2019 door burgemeester Ahmed Marcouch en opperrabbijn Binyomin Jacobs.
Mirre Kisteman, leerling van het Arnhemse Thomas a Kempis College, las bij die gelegenheid haar gedicht ‘(On)wetend’ (gemaakt in het kader van een project op die school over de jodenvervolging in Arnhem).

Op de website van Joods Monument Arnhem staan video's die bij de onthulling zijn gemaakt.

Het monument is er nu pas, 75 jaar na de laatste grote deportatie uit Arnhem. Het is wel al eerder verschillende keren aan de orde geweest. Maar de Joodse gemeenschap hield het steeds af, uit angst en zorg.

Al snel werden er steentjes op het monument gelegd.
Het is een Joodse traditie dat bezoekers van een graf een steentje op het graf achterlaten, ten teken dat men er is geweest en de doden heeft herdacht. De oorsprong van dit gebruik is oud en stamt misschien wel uit de oudtestamentische tijd, toen het Joodse volk een nomadisch bestaan leidde.

• Joods Monument Arnhem