Pand uit de periode 1800-1840.

Het pand is een forse hoekwoning met winkelpand op de hoek van de Bakkerstraat en de Bentinckstraat. De hoek op de begane grond heeft in de winkelpui een schuine kant, waar de ingang is gesitueerd.

Aan de Bakkerstraat zijn op de eerste verdieping twee ramen met Franse balkonsplugin-autotooltip__plain plugin-autotooltip_bigEen Frans balkon is een smalle richel met een balustrade of een hekwerk op een verdieping. De smalle richel is een soort zeer ondiep balkon bij één of meer naar binnen draaiende deuren die geopend kunnen worden. De afscherming voorkomt dat personen naar buiten vallen. van siersmeedijzer aan weerskanten van een bescheiden balkon met twee openslaande deuren. De omheining van het balkon is eveneens in siersmeedijzer uitgevoerd.
Het kozijn van de balkondeuren heeft een fraaie omlijsting.
Op de tweede verdieping zijn drie ramen naast elkaar geplaatst.

Aan de Bentinckstraat is het eerste stuk van de gevel (tot en met het eerste raam) hetzelde opgebouwd als aan die aan de Bakkerstraat. De overstekende daklijst loopt daarna niet door.
In de rest van de gevel in de Bentinckstraat zijn op zowel de eerste als tweede verdieping vier ramen naast elkaar geplaatst in dezelfde stijl als die van de ramen in de Bakkerstraat.

Op het dak staat aan beide zijden van het hoekpand een dakkapel.